in de vrolijkheid van mei schuilen
de wijze vogels
ze praten met hun jongen over het verschil
tussen regen en zon, huid en pluimen
vallen en vliegen
vliegen is verdwijnen zonder weg te gaan
vliegen is in de dromen van de bomen liggen
en toch zwenken in de koele adem
van wind en weten
vliegen is de zomer in warmte vertalen
is je buik doen lachen en je hart
weer malser maken
vanuit het plafond van de wind
kijken de vogels naar onze gebrekkige gebaren
naar de karige armslag van onze verbeelding
maar vliegen is toch versnellen
in de smalle bochten van de liefde
Roel Richelieu van Londersele
uit: Een jaar van september,
Gedichten 1980-1992,
Poëziecentrum, Gent, 1992
Geen opmerkingen:
Een reactie posten