zondag 30 mei 2010
vrijdag 21 mei 2010
Mei
Mei
Roel Richelieu van Londersele
uit: Een jaar van september,
Gedichten 1980-1992,
Poëziecentrum, Gent, 1992
in de vrolijkheid van mei schuilen
de wijze vogels
ze praten met hun jongen over het verschil
tussen regen en zon, huid en pluimen
vallen en vliegen
vliegen is verdwijnen zonder weg te gaan
vliegen is in de dromen van de bomen liggen
en toch zwenken in de koele adem
van wind en weten
vliegen is de zomer in warmte vertalen
is je buik doen lachen en je hart
weer malser maken
vanuit het plafond van de wind
kijken de vogels naar onze gebrekkige gebaren
naar de karige armslag van onze verbeelding
maar vliegen is toch versnellen
in de smalle bochten van de liefde
Roel Richelieu van Londersele
uit: Een jaar van september,
Gedichten 1980-1992,
Poëziecentrum, Gent, 1992
dinsdag 18 mei 2010
dome dome dome!
Na de papieren versie zijn mijn mannen in de tuin een heuse houten dome - ofte geodetische koepel - aan het bouwen. Hoe het gras nu afgereden moet worden, tja, dàt is een zorg voor later, alleszins is het eens iets anders dan je standaard tuinhuis, blokhut of duiventil...!
Er moet nog één laagje (45 staven) bij, om uiteindelijk een 5/8 bol te hebben. Weten de mannen meteen weer wat doen volgend lang weekend...
Er moet nog één laagje (45 staven) bij, om uiteindelijk een 5/8 bol te hebben. Weten de mannen meteen weer wat doen volgend lang weekend...
woensdag 12 mei 2010
dinsdag 11 mei 2010
back to the roots
Wie zich afvraagt waarom hier regelmatig ook gedichten staan: awel simpel: ik hou van poëzie. En dit is het gedicht waarmee het allemaal begon, zo'n 20 (!) jaar geleden:
À peine défigurée
Paul ÉLUARD, La vie immédiate.
À peine défigurée
Adieu tristesse
Bonjour tristesse
Tu es inscrite dans les lignes du plafond
Tu es inscrite dans les yeux que j’aime
Tu n’es pas tout à fait la misère
Car les lèvres les plus pauvres te dénoncent
Par un sourire
Bonjour tristesse
Amour des corps aimables
Puissance de l’amour
Dont l’amabilité surgit
Comme un monstre sans corps
Tête désappointé
Tristesse beau visage
Paul ÉLUARD, La vie immédiate.
maandag 10 mei 2010
WW II
3 september 2004
Geert van Istendael
Uit: Berichten, bezweringen
Uitgeverij Atlas, Amsterdam 2006
De theepot op mijn eettafel,
het mooiste monument van deze stad.
De stilte in mijn woonkamer,
gebeeldhouwd,
de omtrekken helder. In de tuin
een kinderstem, een stap op straat, een auto.
De stilte in de kamer en de theepot,
de mooiste monumenten,
breekbaar, breekbaar.
In deze kamer, deze stad,
nog vóór mijn geboorte,
kwam zestig jaar geleden
vrede wonen. Al die jaren,
een theepot op tafel.
Stilte.
Geert van Istendael
Uit: Berichten, bezweringen
Uitgeverij Atlas, Amsterdam 2006
vrijdag 7 mei 2010
SMAK en kasteelkamp
Waar een dagje verlof al niet goed voor is...
Boris was op kamp, op kasteelklassen, en dus trokken Tessa en ik wat "meisjestijd" uit. Het was alweer even geleden dat we nog eens naar het SMAK trokken:
"Mama, wat doet die papa hier met zijn kindje...?" - "Euh... tja...":
Door Tessa gekozen tot mooiste werk:
Tessa liet zelf haar sporen na in The Factory:
Dit vonden we toch niet echt kunst:
Vervolgens bezocht ik Boris op zijn Kulderzipken-kasteel-kamp. Er werden onder meer kampen gebouwd,
gegeten,
ontspannen,
kasteelcake gegeten,
en in bomen geklommen
Boris was op kamp, op kasteelklassen, en dus trokken Tessa en ik wat "meisjestijd" uit. Het was alweer even geleden dat we nog eens naar het SMAK trokken:
"Mama, wat doet die papa hier met zijn kindje...?" - "Euh... tja...":
Door Tessa gekozen tot mooiste werk:
Tessa liet zelf haar sporen na in The Factory:
Dit vonden we toch niet echt kunst:
Vervolgens bezocht ik Boris op zijn Kulderzipken-kasteel-kamp. Er werden onder meer kampen gebouwd,
gegeten,
ontspannen,
kasteelcake gegeten,
en in bomen geklommen
maandag 3 mei 2010
onvervreemdbaar
Onvervreemdbaar
Ida Gerhardt
Uit "verzamelde gedichten"
Amsterdam, Athenaeum-Polak&Van Gennep, 1980
Dit wordt ons niet ontnomen: lezen
en ademloos het blad omslaan,
ver van de dagelijksheid vandaan.
Die lezen mogen eenzaam wezen.
Zij waren het van kind af aan.
Hen wenkt een wereld waar de groten,
de tijdelozen, voortbestaan.
Tot wie wij kleinen mogen gaan;
de enigen die ons nooit verstoten.
Ida Gerhardt
Uit "verzamelde gedichten"
Amsterdam, Athenaeum-Polak&Van Gennep, 1980
zaterdag 1 mei 2010
Abonneren op:
Posts (Atom)